BTW of geen BTW
Op 14 april 2023 heeft de Hoge Raad geoordeeld over de btw-plicht. Aanvullend op deze uitspraak (uitspraken) heeft de staatsecretaris een (ander) besluit van algemene strekking gepubliceerd. Het Beleidsbesluit van de Staatssecretaris van Financiën bevat twee (buitenwettelijke) goedkeuringen. De eerste goedkeuring ziet op het winstoogmerk criterium, de tweede goedkeuring ziet op het verleden.
Voor de vraag wat de huidige positie is van beschermingsbewindvoerders voor de omzetbelasting is de stand nu als volgt. De Hoge Raad (14 april 2023) geeft aan dat de dienst die door een beschermingsbewindvoerder wordt verricht is vrijgesteld van btw. Daarnaast geeft de Hoge Raad aan dat de bepaling omtrent het winstoogmerk in het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 onverbindend is.
Met de eerste goedkeuring in het Beleidsbesluit geeft de staatssecretaris de mogelijkheid aan winst beogende beschermingsbewindvoerders om de vrijstelling toch toe te passen (als zij dat willen). Winst beogende bewindvoerders die btw-belast hun diensten willen leveren kunnen dat blijven doen door de goedkeuring niet te gebruiken. Op grond van de wettelijke regeling zijn hun diensten belast met btw.
Niet-winstbeogende bewindvoerders hebben geen keuze; hun diensten zijn vrijgesteld van btw. Afhankelijk van individuele omstandigheden kunnen de gevolgen voor het verleden verschillend zijn. Om die reden gaan we daar nu niet op in.
Volgende week zullen we uitgebreider op dit vraagstuk in gaan.